een keet met kids

donderdag 6 augustus 2015

EN ZO BEGINT HET





Maandagmiddag. Uurtje of vijf. De telefoon gaat. "De makelaar belde net." (stilte) "En ze had nieuws." (stilte) "Over ons laatste bod." (schiet nou o-h-o-p) "Ja? En?", vraag ik ongeduldig. "Het is verkocht schat. Ons huis is VERKOCHT!" Jup. En daar ontstaat dus meteen ons probleem.


Maandagmiddag. Uurtje of vijf. De telefoon gaat. Ik weet meteen dat het A. is. Da's mijn man, voor alle duidelijkheid. Ik zucht nog eens diep en neem op. "Dag schat", hoor ik. Kan ik iets halen uit de klank van zijn stem? Nee. Te neutraal. "Hai", antwoord ik dan maar. "Hoe gaat het daar?", vraag A. vervolgens. Dit gesprek kan nog steeds alle kanten op. "Ach, je weet hoe dat gaat", vervolg ik ons gesprek, "de kindjes zijn weer lekker bezig". 
We hebben een tweeling, A. en ik. Bijna drie zijn ze en het zijn absolute schatjes. Op dit moment zitten ze echter in een fase waarbij ze, eh, hoe zal ik dat eens even netjes zeggen, hun grenzen aan het opzoeken zijn. En daarbij drijven ze me regelmatig tot wanhoop. 
"Moet ik thuiskomen?" A. werkt door de week aan de andere kant van het land en komt dan niet thuis. Is inderdaad wel eens lastig, ja, maar ik ben niet anders gewend. En het heeft ook voordelen hoor (lees: elke avond Netflixen). "Nee joh (knipoog), ik red me wel."

"Maar eh", vraag ik dan maar, "hoe gaat het verder?" "Ja goed", antwoordt A. met een lichte glimlach in z'n stem. AHA! Nu komen we ergens. "Heel goed zelfs. De makelaar belde net." (stilte) "En ze had nieuws." (stilte) "Over ons laatste bod." (schiet nou o-h-o-p) "Ja? En?", vraag ik ongeduldig. "Het is verkocht schat. Ons huis is VERKOCHT!" 

En daar ontstaat dus meteen ons probleem. Laat ik voorop stellen dat het geweldig is dat we ons huis zo snel kwijt zijn. Het heeft een dikke twee weken te koop gestaan, waarvan een week eigenlijk niet eens telt aangezien we in onderhandeling waren met de kopers. Maar het is wel ietsje sneller dan we hadden gedacht. 
Toen we eerder dit jaar besloten om ons huis in juni te koop te zetten, dachten we dat het wel een maand of vier, vijf zou duren voordat het verkocht was. Tel daar nog zo'n zelfde periode op voordat we de sleutel aan de nieuwe bewoners zouden geven en je bent zo driekwart jaar verder. Dat zou ons mooi de tijd geven om ons nieuwe project voor te bereiden: de bouw van een volledig energie-neutraal Zweeds huis aan de rand van ons dorp. Aan een straat met de prachtige naam SINNEBLOM, Fries voor ZONNEBLOEM. Dat ligt in de nieuwbouwwijk van ons dorp. Ik was nooit zo'n fan van nieuwbouw, maar sinds er kinderen zijn, merk ik dat dat soort dingen ineens minder belangrijk worden. Want hoe fijn is het dat dit huis straks op een steenworp afstand staat van de school van de tweeling? Toevallig ook een nieuwbouwproject. En hoe tof is het dat we ons huis samen met een architect ontwerpen? Daar droom ik al van sinds, ach, ik weet niet, sinds ik acht was en plattegronden van mijn droomhuizen uittekende met m'n kleurpotloodjes. 

Het zal mijn naïviteit zijn geweest dat ik zo'n ideaalplaatje in m'n hoofd had. Door een lange verkoopperiode, een snelle bouwtijd en wat creativiteit zouden we het nét redden. Zo hup! van ons oude huis naar ons nieuwe huis. Ja. Dus. In een ideale wereld. Want nu zijn we ons oude huis in een zucht kwijt. En dat niet alleen: de overdracht is al over twee maanden. TWEE MAANDEN! En dus hebben we een probleem. 
Nu is dat probleem vrij eenvoudig op te lossen. We kopen de grond aan de SINNEBLOM, laten de gemeente deze grond klaar maken voor bewoning (zorgen dat er gas, water, licht en wifi komt - voor m'n Netflix-verslaving hè) en zetten er een keet op. Zo'n bouwkeet, weet je wel? Die knap je dan zó op dat het een beetje gezellig en warm is en je kunt er prima een jaar wonen. Groot is het niet en dat wordt best een uitdaging met een tweeling en twee pubers (oh ja, die hebben we ook nog - uit A.'s vorige huwelijk), maar dat is in luxeprobleem. Klinkt best goed toch? Maar dat kan dus niet over twee maanden. Nu wil ik best uitleggen waarom niet, maar dat wordt een heel technisch verhaal. Laten we het erop houden dat het kopen van bouwgrond nogal een papierwinkel is en dat instellingen als huizenbouwers, gemeenten en notarissen nu eenmaal eh, zorgvuldig, werken. Dat duurt dus even.

Hoe we dit gaan oplossen weten we zelf ook nog niet. We moeten ergens een of twee maanden onderdak zien te vinden. Niet alleen voor onszelf, maar ook voor al onze spullen. Op z'n zachtst gezegd een uitdaging. Hoe we dit aan gaan pakken - of beter: gaan overleven - kun je hier volgen. En tips om die paar maanden door te komen zijn uiteraard welkom. Meer dan zelfs.